2.1 Tijd voor actie
Programmeren
In dit hoofdstuk gaan we programmeren. Misschien heb je als eens met Scratch gewerkt of een andere programmeertaal. Of misschien heb je nog helemaal geen ervaring. Dat is geen probleem!
Programmeren klinkt ingewikkeld en dat kan het eerlijk gezegd ook best wel zijn. Maar de basis kan iedereen leren, zeker met CoSpaces Edu. Let goed op en je merkt dat het eigenlijk ook heel leuk is!
In een gamewereld maak je eerst een level door allerlei objecten te verzamelen, dat hebben we net gedaan. Daarna ga je die wereld laten bewegen en interactief maken. In CoSpaces Edu doen we dat met CoBlocks. We hoeven dan niet zelf code te typen, maar slepen bouwblokjes in elkaar. Dat ziet er zo uit:
Geen zorgen, aan het eind van hoofdstuk 2 weet jij precies wat alles hierboven doet.
Praatjes programmeren
Weet je nog hoe we in het vorige hoofdstuk mensen iets lieten zeggen? Nu gaan we dit met code doen.
Rechts bovenin naast de ‘play’ knop zie je een ‘code’ knop.
Als je hier op drukt krijg je het volgende scherm te zien.
>> Klik hier op CoBlocks (basic blocks).
Nu krijg je een leeg veld met alleen een oranje blok waar When Play clicked op staat. Alle codeblokken komen hieronder te staan.
Links zien we 5 icoontjes. Als je op een van deze klikt krijg je alle code blokken te zien. Je kunt hierdoor omhoog en omlaag scrollen.
Ga nu naar de paarse Action blokken.
We zijn op zoek naar het blok wat je hieronder ziet. Als je deze hebt gevonden sleep hem dan naar rechts onder het oranje blok.
Onderdelen van een codeblok
Het codeblok hieronder bestaat uit 3 delen. Het middelste stuk zegt wat het object gaat doen. In dit geval dus: iets zeggen. Het eerste vak waar nu ‘no items‘ staat geeft aan welk object je iets wilt laten zeggen. En als laatste heb je wat het object gaat zeggen in dit geval “Hi!”
Als je nu op het stuk met ‘no items; klikt krijg je een lijst met alle objecten die we kunnen gebruiken. Maar deze lijst is nog leeg. We moeten eerst een object zichtbaar maken in de code. Dat is een belangrijke stap die je makkelijk vergeet.
Dit doen we door dubbel te klikken op een object. In het menu kiezen we dan Code en daarna op use in CoBlocks zodat de ‘schakelaar’ blauw wordt.
Nu kun je het object wat je wilt laten praten wel kiezen in het menu. Nu moeten we alleen kiezen wat het object gaat zeggen. Rechts waar nu “Hi!” staat kun je typen wat je wilt dat het object gaat zeggen. We gaan een leeuw laten brullen!
Als je nu in je wereld kijkt zul je geen tekst boven het object zien. Maar als je op Play drukt zie je de tekst wel.
Het stuk code dat we hebben gebruikt heet een action. Omdat het een actie uitvoert: er gebeurt dus iets. We gaan nu kijken wat de andere actieblokken doen.
Actieblokken
Set color of, hiermee kun je de kleur van een object aanpassen.
Set opacity of, hiermee kun je objecten doorzichtig maken.
Say, deze hebben we net gebruikt hiermee kun je een object iets laten zeggen.
Think, deze lijkt op “say” alleen krijg je een denkwolkje in plaats van een praatwolkje.
Show info panel above, hiermee kun je een bericht in het scherm van je speler laten zien. Dit bericht heeft een titel en tekst nodig en je kunt hier ook een plaatje in toevoegen. Deze gaan we straks gebruiken om een welkomstbericht te maken voor de speler.
Probeer ze allemaal eens uit en kijk wat ze doen en wat er gebeurt als je dingen aanpast.
Informatiescherm
Sleep nu het paarse blok ‘Show info panel above’ in je codescherm. Je moet hier twee dingen invullen: een titel en een korte tekst.
Vul hier bijvoorbeeld de naam van je wereld in en een korte uitleg over wat je gemaakt hebt. Voor nu kunnen we de onderste 2 vakjes negeren.
Hoe je een foto toe kunt voegen leggen we later in de bonus van dit hoofdstuk uit.
In Hoofdstuk 2.2 gaan we dingen laten bewegen! Dan kunnen de mensen door onze dierentuin heen gaan lopen.